@hussein.shikha @hosseleir

Hussein zal ook exposeren in Kavka Oudaan. Zie beneden.

We zitten hier in Papa Jos, jullie zeiden net dat dit een ontmoetingsplek is voor jullie. Maar hoe hebben jullie elkaar ontmoet?

H: Wel, Antwerpen is een kleine stad dus je ziet elkaar snel. Maar de eerste keer dat we elkaar zagen, dat was op een feestje. JIj was met vrienden van mij die ik ook kende, maar jij kende mij niet. Dus ik was eigenlijk die persoon die jou kende, maar jij wist niet wie ik was. En daarna zag ik je overal. Officieel hebben we elkaar leren kennen op school, I guess. 

J: Op school. Ik deed theorielessen met een jaar hoger, dus bij Hussein. Dan moesten we ook een lezing organiseren voor een vak en dan hebben we elkaar meer en meer leren kennen. We kwamen geregeld bij elkaar in de les. Bijvoorbeeld in multi media, een klas waar iedereen met allerlei dingen bezig is. En dan praat je met elkaar. 

H: Ja, veel gemeenschappelijke vrienden, dezelfde feestjes, dan op school.

J: It was bound to happen.

En toen jullie in de klas zaten, voelde je toen dat jullie werk al goed blendde?

J: We hadden veel appreciatie voor elkaars werk. En we vroegen veel feedback aan elkaar: zoals wat vind je hiervan? Wat zal ik hier nog aan veranderen? Ook andere dingen, als ik een probleem had met een programma dan ging ik naar Hussein, of andersom. Maar ik denk dat we het bij masterclass pas doorhadden, toen we samen in een groepje zaten.

H: Handig ook want jij bent heel erg gefocust op typografie, en ik meer op het visuele aspect ervan en op een of andere manier werkt dat perfect. En toen we dan dat project hadden gedaan met die masterclass, toen hebben we wel die dynamiek gevonden, een dialoog met elkaar.

J: We waren ook wel heel invested in elkaar master projecten.

H: Ja het is een dialoog, die oneindig blijft gaan

J: We hebben er ook nog nooit echt bij stilgestaan dat ons werken samen passen, omdat we zo goed overeenkomen. We kunnen ook discussies hebben met elkaar. We kunnen ook niet overeenkomen, maar wij zorgen wel voor de gulden middenweg. Met de grafische huisstijl voor To Be ook. Dat Hussein iets beter vond, terwijl ik het andere beter vond, en dan begint dat met een discussie. Een gezonde discussie die vordert naar een eindbeslissing. En ook met andere dingen vraag ik wel eens aan Hussein of hij naar mijn werk wilt kijken.

H: Ik wist ook voor mezelf dat ik niet zo’n fan ben van typografie. Ik ben er wel steeds meer invested in, want ik snap het steeds beter. Maar toen ik gevraagd werd voor To Be, wist ik dat ik heel veel werk zou hebben. En van vorig jaar wist ik dat Yanis en Luka samenwerkte, en toen dacht ik dat het wel een goed idee is om samen te werken met June.

Waarom dacht je toen aan June?

Ik vond haar wel de beste van de klas in grafisch ontwerp, sowieso. Ik zou niet weten wie anders.

Dat is een mooi compliment. 

H: Ja I like everyone, maar ik vond June haar werk het meest interessante.

En hoe zijn jullie dan begonnen in het creatieve proces in de ontwikkeling van bijvoorbeeld de handen die we zien op de posters?

J: Dat is heel natuurlijk gegaan.

H: Ja, dat is heel organisch gegaan. We hadden initieel een ander idee, en ik weet niet hoe we dan aan de handen zijn begonnen. Ik denk dat we toen doorhadden dat het een interessant beeld was, want alle artiesten gebruiken hun handen om hun dingen te maken. 

J: We wisten ook van het begin dat we met pixel zouden werken, iets modern maar ook iets old school. We wisten ook dat het voor een nieuwe generatie kunstenaars is die meedoen aan To Be Antwerp. En dan vanwege het feit dat ze allemaal van andere disciplines komen, hebben we gekeken naar oké, wat bindt hen allemaal? En iedereen werkt met zijn handen als kunstenaar en dat was dan een logische stap om te maken.

H: Die handen brachten iedereen samen.

J: Ook met de performance, dat wouden we er dan ook in terugbrengen. Maar dat gebeurde eigenlijk heel organisch. We hadden niet op voorhand zoiets van “we gaan dat doen”. Nee, we hebben geëxperimenteerd en toen we uitkwamen bij wat we hadden, dachten we “ah wow, dit is ergens naar toe aan het gaan”, en dan zijn we daar mee verder gaan werken.

H: Deze manier van samenwerken apprecieer ik enorm. Het is een verrijkende manier.

Dat beantwoordt meteen de vraag die ik hierop volgend wou stellen. Want wat zoek je in het samenwerken met een partner?

H: Dialoog.

J: En niet bang zijn om elkaar te wijzen als je iets niet goed vindt. We waren wel eens niet overtuigd van bepaalde elementen. Maar dat eerlijk zijn, en niet bang zijn om lelijke dingen te maken, dat werkt goed. Gewoon beginnen en groeien daarin. We waren ook wel surprised langs één kant, want we hebben geen honderd rondes moeten doen. Het zat er vrij snel boenk op. 

Wat vinden jullie er dan van dat we jaarlijks de identiteit omgooien?

H: I love it. De context en de discourse van de artistieke vrijheid klopt. Als je één huisstijl hebt dat jaarlijks terugkomt dan wordt het snel corporate.

J: Het leuke aan To Be is ook dat jullie effectief een kans geven aan jonge grafische ontwerpers om dit te doen en het ook in het straatbeeld laten zien. Want hoe vaak ga je een billboard in Antwerpen krijgen. Dat gaat niet vaak gebeuren, dat je zo carte blanche krijgt. Ik doe helemaal mijn ding. Dat vind ik net leuk dat die kans wordt gegeven.

Fijn om te horen, want soms moeten wij onze filosofie ook in vraag stellen. 

J: Nee tuurlijk. Voor ons is dat ook een opportuniteit. Want oké je krijgt die informatie wel, maar het is nog steeds carte blanche. Je doet wat je wilt en jullie staan open voor die vrijheid. Natuurlijk als het niet goed is, is het niet goed. Maar dat is leuk dat die vrijheid wordt gegeven want dat komt niet vaak voor.

Wat is jullie ideale visie en evenwicht tussen commercieel en artistiek?

H: Dat is een moeilijke vraag. Ik heb daar geen antwoord op, honestly. Ik zou denken, vernieuwing is heel belangrijk.

J: Ik denk dat dat hetzelfde is als ik een tattoo wil en ik ga naar een bepaalde tattoo artiest omdat ik weet dat die een bepaalde stijl heeft. Dan geef ik die artiest wel een opdracht maar ik laat ook de artistieke vrijheid bestaan. Dat is een beetje hoe ik kijk naar het moment als een commerciële brand mij zou vragen, dan moet er wel ruimte blijven voor artistieke vrijheid. Zij vragen mij, dus dat betekent dat ze iets in mijn stijl zien. Dus daar moet een gulden middenweg in zijn. 

H: Ik denk ook dat je een paar dingen kan vastleggen. Zoals dit is de kleur, en de rest is vrij. Ik vind dat Het Bos dit amazing doet. Die visuele identiteit is niet continu, maar er is er eigenlijk wel eentje, namelijk die vrijheid. Zij zitten niet vast, zoals veel galerijen, plaatsen of mensen. Het blijft vernieuwend en ze blijven die hiërarchie breken. Dat doen ze door kansen te geven aan verschillende mensen.

J: Daar hadden we net nog een gesprek over. Dat er een nood is aan vernieuwing in Antwerpen. 

En als To Be nu is afgelopen, hebben jullie iets op het oog om aan te gaan werken?

H: Zou leuk zijn als we nog eens een opdracht zouden krijgen. Op dit moment zijn we heel druk bezig. Ik ben nu bezig met een ma-na-ma. Gefocussed op research. Het is funded by the research group. Het is gefocussed op de development of artists and designers whose practice is anchored in the socio-political context. Heel interessant. Ik ben grateful. Even grafisch ontwerp op pauze, maar ook weer niet echt.

J: Niet meer zo intensief als tijdens grafisch ontwerp.

H: Ik bedoel als de kans er is, dan zullen we het doen. We lay low, but if something comes, we go for it. 

J: Jij hebt meer schoolwerk. Ik ben bezig met freelance en een job te zoeken. Misschien over een half jaar of zo..

H: Misschien minder, we make it work. 

J: Want het werkt wel tussen ons. Ook omdat zoals je zei, ik ben meer gespecialiseerd in typo, en jij meer in het visuele aspect en dat gaat organisch goed. 

H: Die dynamic werkt perfect.

J: Soms kijken we ook naar wat we hebben gemaakt en kunnen we zeggen “we did that”. 

June Osselaer
Hussein Shikha: Ethereal Garden

About Ethereal Garden:

“Guided by light, in pursuit of unearthing the confines in which reality ends and the cosmic begins.”
“Ethereal Garden” explores the acts of prayer, resurrection, reflection and conversing with the divine. Three Sumerian deities were summoned and translated into digital carpets. The first translation is of Utu, the deity of the Sun, represented by a winged solar disc. The second translation is of Nanna, the deity of the Moon represented by the bull’s horn. The third translation is of Enbilulu, the deity of the river, represented by the flowing movement of water.

Left Menu Icon